Met een vriendin heb ik een paar weken geleden een gesprek gehad. Het was namelijk weer eens zover. Nu ik ouder word, begin je toch te zoeken naar en partner waar je een toekomst mee wil opbouwen en zelf zit ik dan op een datingsite om een potentiële partner tegen te komen. Maar ook omdat ik ouder word, word je potentiële partner ouder te worden en daarmee komt toch ook voor sommige vrouwen al een sterkere drang naar het verkrijgen van eigen kinderen. Ondanks dat ze misschien nog niet de dertig zijn gepasseerd, beginnen bij sommige vrouwen op jonge leeftijd hun klok te tikken en beginnen hun eierstokken te klapperen dat ze graag willen.
[youtube=http://www.youtube.com/watch?v=gR2vvGgxEZI]
Mannen met het syndroom van Klinefelter die dus opzoek gaan naar een potentiële vriendin staan dan ook al met 1-0 achter. Immers heeft een Klinefelter man geen zaadcellen in de meeste gevallen. In sommige gevallen een enkeling, meestal bij de mozaïek-variant van Klinefelter. Een man met de mozaïekvariant die heeft naast cellen met 47 chromosomen of meer, ook gewone cellen met 46 chromosomen, waardoor er mogelijk een kans is dat deze man met het syndroom van Klinefelter, wel vruchtbaar zou kunnen zijn. Zaadonderzoek is dan hier een mogelijkheid dit te onderzoeken. Maar een man met het syndroom van Klinefelter in de pure vorm, waarin alle cellen gelijk zijn, zijn per definitie onvruchtbaar.
En dan kom je een vrouw tegen met klapperende eierstokken. Nog geen 10 minuten ben je met elkaar in gesprek en daar komt ie aan; de vraag wat je in de toekomst wil met een partner en zij geeft antwoord en ik… Ja; probeer het nog te ontwijken met het hebben over kinderen. Ondertussen geeft de vrouw met de klapperende eierstokken eigenlijk met koeienletters aan: “JA, IK WIL NU!” terwijl ik dan al denk van; 1. dat gaat niet nu, en 2. schrijf je dan maar alvast in voor het KID programma in het ziekenhuis, wat sowieso een tijdje duurt door een tekort aan zaaddonoren sinds je niet meer anoniem zaad kan doneren. Zo heeft de Rijnstateziekenhuis in Arnhem een campagne gestart om zaaddonoren te vinden via Facebook. Eigenlijk werp ik door deze gedachte wel een drempel op, maar ik ben realistisch. Na verloop van tijd moet het hoge woord er dan toch maar uit. Sorry, maar ik kan je niet bezwangeren, ik ben onvruchtbaar. En dan is het ineens stil, stilte van je potentiële partner, of moet ik dan alvast zeggen je potentiële ex-partner.
En dan kan ik het niet laten, om dan toch al iemand je op deze manier eigenlijk al als optie uitwist, hier wat mee te doen. Immers is de kans al weggegooid dat er überhaupt tot een relatie geleid word. Dus kan ik simpelweg constateren dat ik niets meer te verliezen heb. Ik kan het dan ook niet laten om te zeggen; misschien zou je moeten oefenen. Dan weet je zeker dat het later in 1 keer goed gaat. Gek genoeg vinden ze dat nooit een goed bod. Wat flauw denk ik dan. Maar goed, heb ik mijn “wraking” wel gehad en daar de lol er weer om gehad.
Al met al is zo’n vrouw mijn dan ook niet waard, maar toch, het blijft vervelend dat je word afgewezen in het beginsel al om het feit dat je onvruchtbaar bent, terwijl zo’n vrouw zelf nog niet eens weet of ze zelf vruchtbaar zou zijn, of überhaupt nog niet eens kijkt naar de mogelijkheden. Ik ben zelf namelijk helemaal niet zo’n doemdenker dat ik denk ik belemmeringen, maar meer in mogelijkheden.
There are 3 comments
wel vervelend voor jou om dat steeds maar weer te moeten vermelden.!!
Dat zal eigenlijk altijd zo blijven: bij elke nieuwe partner zul je moeten vertellen dat je het syndroom van Klinefelter hebt en wat de gevolgen ervan zijn.
Pingback:Confrontatie met je onvruchtbaarheid | Ik en mijn Klinefelter